Roeterseilandcampus - Gebouw C, Straat: Nieuwe Achtergracht 129-B, Ruimte: GS.02. Vanwege beperkte zaalcapaciteit is deelname op basis van wie het eerst komt, het eerst maalt. Leraren moeten zich hieraan houden.
Achtergrond
Sociale cognitie, waaronder Theory of Mind (ToM) en emotieherkenning, is essentieel voor sociaal functioneren, maar krijgt in neuropsychologische diagnostiek weinig aandacht. De invloed van executieve functies, zoals inhibitie, en culturele context op sociale cognitie is echter nog onvoldoende onderzocht.
Doel
Dit onderzoek evalueert in hoeverre inhibitie prestaties op ToM en emotieherkenning voorspelt, en of culturele achtergrond deze relaties modereert.
Methode
In een cross-sectioneel design maakten 91 tests voor inhibitie (Stroop-taak), emotieherkenning (Emotion Recognition Task; ERT), en ToM (Movie for the Assessment of Social Cognition; MASC). Culturele achtergrond werd ingedeeld als westers of niet-westers. Hiërarchische regressieanalyses werden uitgevoerd, met correctie voor leeftijd, geslacht en opleidingsniveau.
Resultaten
Inhibitie voorspelde emotieherkenning significant (β = –.317, p = .003; model R² = .198, p = .002), maar niet ToM (β = –.035, p = .730; model R² = .248, p < .001). ToM werd wel voorspeld door leeftijd (β = –.323, p = .004), geslacht (β = .243, p = .014), opleiding (β = .211, p = .040) en cultuur (β = .237, p = .030). De interactietermen inhibitie × cultuur waren niet significant (ERT: β = 1.551, p = .093; ToM: β = .170, p = .054).
Conclusie
De resultaten laten zien dat inhibitie een belangrijke voorspeller is van emotieherkenning, maar geen directe rol speelt bij ToM. Culturele achtergrond beïnvloedt met name prestaties op ToM, terwijl de invloed op emotieherkenning of inhibitie beperkt blijft. Deze bevindingen benadrukken het belang van taakgerichte en cultuur-sensitieve diagnostiek binnen de sociale cognitie.