student.uva.nl
What is your study programme?
UvA Logo
What is your study programme?
Colloquium credits

Presentatie Masterthese - Julia Hupkes - Klinische Psychologie

Colloquium credits

Presentatie Masterthese - Julia Hupkes - Klinische Psychologie

Last modified on 19-06-2025 13:41
De vergelijking van individuele therapie en groepstherapie bij vermijdende persoonlijkheidsstoornis: De rol van jeugdtrauma en subtypes in de behandelresul
Show information for your study programme
What is your study programme?
or
event-summary.start-date
07-07-2025 11:00
event-summary.end-date
07-07-2025 12:00
event-summary.location

Roeterseilandcampus - Gebouw G, Straat: Nieuwe Achtergracht 129-B, Ruimte: GS.09. Vanwege beperkte zaalcapaciteit is deelname op basis van wie het eerst komt, het eerst maalt. Leraren moeten zich hieraan houden.

Vermijdende persoonlijkheidsstoornis (VPS) wordt gekenmerkt door sociale terugtrekking, een diepgaand gevoel van tekortschieten en angst voor afwijzing. Hoewel er aanwijzingen zijn dat zowel individuele therapie als groepstherapie effectief zijn, is er nog geen direct vergelijkend onderzoek. Daarnaast is onduidelijk in hoeverre de effectiviteit van deze behandelvormen afhankelijk is van jeugdtrauma en de subtypes daarvan (emotionele en fysieke mishandeling, emotionele en fysieke verwaarlozing, seksueel misbruik). In deze multicenter gerandomiseerde gecontroleerde studie werden 210 cliënten met een primaire VPS-diagnose werd onderzocht of individuele en groepstherapie verschillen in effectiviteit, of de relatie tussen behandelvorm en effectiviteit afhankelijk is van de ernst van jeugdtrauma, en of deze relatie verschilt per subtype jeugdtrauma. Verwacht werd dat beide behandelvormen even effectief zouden zijn (Hypothese 1), en dat de ernst van jeugdtrauma de relatie tussen groepstherapie en effectiviteit negatief zou beïnvloeden, terwijl deze relatie bij individuele therapie stabiel zou blijven (Hypothese 2). De ernst van VPS-klachten werd gemeten met de Avoidant Personality Disorder Severity Index (AVPDSI) en jeugdtrauma met de Childhood Trauma Questionnaire–Short Form (CTQ-SF). Beide behandelvormen bleken even effectief in het verminderen van VPS-klachten. De relatie tussen behandelvorm en effectiviteit bleek afhankelijk van de ernst van jeugdtrauma, maar in een andere richting dan verwacht: groepstherapie was effectiever bij hoge trauma-scores, terwijl individuele therapie effectiever was bij lage trauma-scores. De relatie bleek niet afhankelijk van subtypes jeugdtrauma. Deze studie levert een relevante bijdrage aan de kennis over de samenhang tussen behandelvorm en traumageschiedenis. Als bevindingen in vervolgonderzoek bevestigd worden, kan de ernst van jeugdtrauma richtinggevend zijn bij de behandelkeuze.